Voorbereid op een inbreker
De jongste dag, als Jezus terugkomt op de wolken, kan komen als een dief in de nacht, vertelt Paulus. Die woorden ‘dief’ en ‘nacht’ boezemen ons niet direct rust en vertrouwen in.
Toch begon ik juist met dat woord dief, toen ik met mijn jongste zoon van tien in de auto zat en hierover nadacht. “Wat zou jij doen als je wist dat er vanavond een inbreker zou komen?” “De politie bellen!” zei hij. Eerst dacht hij nog die dief te lijf te gaan, maar dat heb ik hem afgeraden.
De Heere Jezus vertelt in Lukas 12:39-40 (en Mattheüs 24) ook over iemand die voorbereid is op een inbreker: “…indien de heer des huizes geweten had in welke ure de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben en zou zijn huis niet hebben laten doorgraven. Gij dan, zijt ook bereid; want in welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen..”
De politie bellen, nog vóór de dief gearriveerd is? De bijbel noemt dat ‘voorzichtig’ of ‘wijs’. Je bent voorbereid. Zó leeft een christen… hij of zij is voorbereid op wat komen gaat en wordt niet direct overrompeld door dingen. God de Vader heeft namelijk álles in Zijn hand.
Nu terug naar die uitdrukking ‘als een dief in de nacht’. Paulus scherpt de mensen in Thessalonika op om voorbereid te zijn als Jezus terugkomt. Maar let goed op hóe hij dat zegt: “Want gij weet zelven zeer wel, dat de dag des Heeren alzo zal komen gelijk een dief in den nacht.” Ik vertel je dus niks nieuws. Maar dat betekent nog niet dat mensen er ook zo bewust mee leven. Herken je dat? Dat je wel weet dat er een jongste of laatste dag komt, maar dat je er niet aan wilt denken? Doe dat niet!
Wat mooi dat Paulus niet loopt te dreigen en angstig loopt te roepen, maar hij spreekt zijn broeders aan op hun geloofsstaat: jullie horen niet bij de duisternis (onbekeerden die deze dag met angst tegemoet gaan). “
Maar gij, broeders, gij zijt niet in duisternis, dat u die dag als een dief zou bevangen. (plots en huiveringwekkend) Gij zijt allen kinderen des lichts! Dan ben je niet alleen voorbereid (je hebt een nieuw hart), je kijkt er ook met een groot verlangen naar uit!”
Hoe zit dat met jou? Leef jij als het ware met angst voor een dief die heel sneaky binnen probeert te komen als jij slaapt? Of kun je niet wachten tot je de Heere Jezus gaat ontmoeten, omdat Zijn en jouw hart aan elkaar verbonden zijn?