Serie | Jeugdwerk in Suriname (4/5)
Dit is de vierde editie in de serie waarin we een reis maken langs verschillende landen in Zuid-Amerika, Zuid-Europa en Azië en kijken hoe het jeugdwerk daar wordt uitgevoerd. Leer van medechristenen in andere continenten en krijg mooie ideeën voor jouw eigen werk. In deze blog lees je meer over het jeugdwerk in Suriname.
Het Evangelie als dynamiet
In de kern is het Jeugdwerk in Suriname niet veel anders dan het jeugdwerk in Nederland of waar dan ook ter wereld. Het doel is om jongeren te bereiken met de boodschap van Gods Woord. Dit Woord is krachtig en daarom mogen we in vertrouwen het jeugdwerk doen. Toch heeft elke land en elke cultuur zijn eigen uitdagingen of zorgen. Ook in Suriname gaat het niet vanzelf.
Al spreekt men de Nederlandse taal, het verschil tussen de Nederlandse bevolking en de bevolking in Suriname is enorm. Het lijkt makkelijk als je dezelfde taal spreekt, maar daarmee zijn de cultuurverschillen niet weg. Dat heeft Marijke van der Plaat in de achterliggende jaren wel ontdekt. Maar ondanks alle verschillen en moeilijkheden heeft ze de Surinaamse bevolking in haar hart gesloten: ‘Zonder deze liefde was ik al
lang teruggekomen naar Nederland’.
Al bijna 6 jaar werkt Marijke van der Plaat in Suriname, begonnen als kinderwerkster in dienst van de ZHHK. Door de jaren heen is haar taak breder geworden en werkt ze als zendingswerker met kinderen, jongeren en volwassenen. In Klein Powakka, of ook wel Phillipusdorp is een zendingspost en daar woont en werkt Marijke. Daarnaast zijn er ook werkzaamheden in Powakka, deze vinden nog plaats op het erf van een gemeentelid.
Marijke ziet uit naar een eigen plekje in Powakka: ‘Elke week ga ik de kinderen in Powakka ophalen met een busje’. Ook al is dat maar 10 minuten rijden, de rit is niet zonder risico: een gevaarlijke weg, de mensen rijden er hard en het busje waar ze mee rijdt zit overvol. Meer dan 26 kinderen kunnen er ook echt niet in. Het is ook moeilijk om de keuze te maken om kinderen te laten staan die naar de kinderclub willen komen.
Marijke heeft al heel wat activiteiten georganiseerd, maar uiteindelijk ligt de focus op de overdracht van de boodschap van Gods Woord. Jongeren in Suriname zijn niet opgevoed met de Bijbel, ze kennen geen gezinsmomenten waarop de Bijbel open gaat. Ook komen ze niet naar de kerk. Er zijn op zondag genoeg andere aantrekkelijke activiteiten om te doen, zoals de voetbal. Naar de kerk gaan is niet stoer en de jongeren zijn niet van jongs af aan meegenomen naar de kerk. Daarom is de club zo ontzettend belangrijk.
Alle jongeren van de club hebben een Bijbel gekregen en Marijke verwacht ook dat ze die elke clubavond meenemen. De groep jongeren die de club bezoekt is teruggelopen tot 8-15 jongeren. Maar dat neemt de gedrevenheid bij Marijke niet weg. Ze vertelt enthousiast over de invullingen van de clubavonden: ‘Ik heb besloten om de Romeinenbrief met de jongeren te bespreken. Dit Bijbelboek is supermoeilijk voor de jongeren, maar daarom valt er veel te leren. Juist in deze brief gaat het om het fundament van het geloof’. Marijke wil graag dat de jongeren gaan ontdekken dat alles wat ze de jongeren voorhoudt, ook werkelijk in de Bijbel staat. Daarvoor is kennis van de inhoud van de Bijbel cruciaal.
Op de clubavond bespreekt ze een gedeelte uit de Bijbel waarna de jongeren zelf vragen beantwoorden die bij dit gedeelte passen. Deze vragen zijn soms heel feitelijk over wat er staat, maar ook persoonlijke vragen gaat ze niet uit de weg. Ook geeft ze een leesrooster met vragen voor de dagen tot aan de volgende clubavond. Dit is vrijwillig, maar er zijn een aantal jongeren die daar trouw mee bezig zijn. Na 10 weken krijgen de jongeren als beloning een maaltijd. ‘Geweldig, ze onderzoeken de schriften, en dat zal zijn uitwerking hebben. Het is immers een kracht Gods tot de zaligheid’ vertelt Marijke.
Wat Marijke ook ontzettend belangrijk vindt is het persoonlijk contact. Ze heeft regelmatig gesprekken met de jongeren, maar ze waarderen ook de opmerkingen die ze in de schriften schrijft. ‘Elke week kijk ik de gemaakte vragen na, dan zet ik er een persoonlijke opmerking bij. Dat waarderen ze enorm. Pas vertelde een jongere dat hij regelmatig even terugkeek in zijn schrift, dan las hij deze opmerkingen nog eens door’. De strijd om het hart van de jongeren is enorm. We lezen in Efeze 6 over de boze machten. Voor jongeren in Suriname is dat een werkelijkheid, soms treden de geestelijke machten hun wereld binnen en ervaren ze dingen die wij niet kennen. Maar God is krachtig, Zijn Woord is als dynamiet. Daarom moeten de jongeren weten hoe ze het moeten gebruiken.