Matigheid: een vrucht van de Geest
Heb jij dat ook, dat je het woordje ‘matig’ of ‘sober’ eigenlijk maar een storend, irritant woord vindt?
Zo’n woord waarvan je weet: ik zou het moeten zijn, maar tegelijk denk je: maar ik wil het niet… Niet te veel drinken op zaterdagavond, niet meer schoenen of kleren in de kast dan je nodig hebt, als je een reep chocola aanbreekt niet direct de hele reep opeten, je beperken in het aantal uur dat je ’s avonds zit te gamen… Dat komt best dichtbij, of niet? Is het nodig om tien paar schoenen in de kast te hebben staan? Het woordje matigheid beperkt voor jouw gevoel misschien je genot. Ik mag toch wel gewoon genieten? Altijd maar jezelf beheersen en altijd nadenken over wat je doet, dat is helemaal niet fijn. Je wilt toch gewoon kunnen doen wat goed voelt en wat je lekker vindt?
Laten we vooropstellen: genieten mag inderdaad. God schiep de aarde zó vol kleurenpracht en heerlijkheid! Dat laat zien hoe rijk en heerlijk Hij Zelf is. Maar dan toch dat woordje ‘matigheid. Volgens Galaten 5 vers 22 een vrucht van de Geest. Een vrucht die de Heilige Geest Zelf in je werkt en die zichtbaar wordt in je gedrag, je houding en je gedachten. Het is de vrucht van de Geest. Deze vrucht groeit niet doordat jij zo hard je best doet. Dan zou er hebben gestaan: de vrucht van … (vul je naam maar in). Nee, er staat: de vrucht van de Geest. Hij geeft die vrucht in je leven. Als jij jezelf en heel je leven in geloof overgeeft aan Christus, gaat die vrucht groeien. Dan denk je na over wat je doet en laat je je niet meesleuren door een goed gevoel of een verlangen naar meer. De Geest laat die vrucht in jouw leven groeien zodat je steeds meer op je Zaligmaker gaat lijken. Eerst bracht je ‘vanzelf’ de werken van het vlees voort (vers 19-21). Je was altijd op jezelf gericht. Maar als je in Christus gelooft gaat er een nieuwe vrucht groeien. Die vrucht van de Geest krijg je, uit genade.
