Diaconaat door jongeren
Sommige dingen leer je door erover te lezen, over andere zaken leer je door het te doen. Bij het dienen van anderen via het diaconaat ben je met zowel hoofd, hart als handen bij betrokken.
Wat zegt de Bijbel over diaconaat?
Ontferming
Christus was met ontferming bewogen over het heil van mensen, maar nam ook de tijd om zieken te genezen. Hij was betrokken op mensen met een liefdevol oog en open oor. Diakenen mogen in praktische zin dienen in de gemeente.
Bijbelstudie
Het diakenambt komt op uit de Bijbel. Het is daarom goed om als JV-leden samen Bijbelstudie te doen over kerngedeelten die het diaconaat raken. Denk daarbij bijvoorbeeld aan Gal. 6:10, Matt. 25:35-40 en Joh. 13: 1-15. Door diakenen daarbij uit te nodigen kunnen jongeren rechtstreeks vragen op welke manier zij deze Bijbelgedeelten verstaan en in de praktijk brengen.
Levenshouding
In Matt. 25: 35-40 wordt duidelijk dat Gods kinderen zich niet bewust zijn van hun vrijgevige en ontfermende levenshouding. Zij deden dit namelijk niet voor de eer van mensen of voor zichzelf, maar voor de hemelse Vader. Het is de vrucht, niet de oorzaak, van hun verlossing door Christus. De keerzijde is ook waar. Bij wie deze vrucht niet zichtbaar is, blijkt geen verzoening. Dan is de bestemming huiveringwekkend; de buitenste duisternis.
Het gaat bij een ontfermende levenshouding niet om bijzondere, maar om gewone dingen. Jezus laat zien dat aan Hem als hongerige, dorstige en vreemdeling goed werd gedaan. Deze dagelijkse dienstbaarheid ziet de Heere als prijzenswaardig. Nederig delen, zonder daarvoor iets terug te verwachten. Het Koninkrijk der hemelen is dus niet alleen voor mensen die voor Hem spreken, preken en getuigen; maar juist ook voor hen die in alle eenvoud delen van wat zij ontvangen. Praktisch, in het leven van alledag. Onopvallende volgelingen ontvangen Zijn lof. Het gaat hen namelijk niet om zichzelf, maar om Hem. Het zijn degenen die de Heere van eeuwigheid verkoos, die zichtbaar worden in goede werken (Matt. 25:34). De goedheid van de Drieenige God is daarmee de oorsprong van hun handelen.
Goede werken
Uit het genoemde Bijbelgedeelte blijkt dat heiliging voortkomt uit de rechtvaardiging; en onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Geloof draagt vrucht. Als gevolg van de rechtvaardiging in Christus ontstaat het verlangen om Zijn wet te houden, om die te doen uit dankbaarheid. Dit is het werk van de Heilige Geest. Deze nieuwe levenshouding blijkt in de praktijk, zonder dat men zich hier zelf altijd bewust van is.
Gelovigen dienen niet in eigen kracht. De Heere geeft Zelf wat Hij vraagt. Zoals blijkt uit Ef. 2:10: ‘Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede werken, welke God voorbereid heeft, opdat wij in dezelve zouden wandelen.’ We lezen het ook bij Johannes, in Joh. 15: 5: ‘Ik ben de Wijnstok, en gij de ranken; die in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht; want zonder Mij kunt gij niets doen.'
Begeleiding van initiatieven door de diaconie
Eiland of wij-land
De diaconie en het jeugdwerk binnen een gemeente zijn vaak afzonderlijke eilanden. Zo betrokken als de diakenen zich weten op mensen die hun zorg nodig hebben, zo betrokken zijn jongeren op elkaar. Wanneer deze eilanden tot een wij-land worden, kunnen diaconie en jongeren elkaar versterken. Dit noemen we jeugddiaconaat.
Jeugddiaconaat heeft als doel dat jongeren zich inzetten voor anderen binnen de gemeente of daarbuiten. Dit gebeurt onder leiding van diakenen, omdat zij verantwoordelijkheid dragen voor het diaconale werk dat vanuit de gemeente plaatsvindt. Hierdoor doen jongeren ervaring op met praktische hulp aan anderen, wat als investering geldt voor later. Want wellicht zijn de jongens die vandaag deelnemen aan het jeugdwerk over vijftien jaar diaken binnen de kerkelijke gemeente.
Allereerst is het van belang dat de diaconie en jongeren elkaar ontmoeten. Dit gebeurt door jaarlijkse contacten via een bezoek aan de vereniging. Vervolgens kan er geregeld overleg plaatsvinden tussen enkele jongeren die diaconaal betrokken zijn en een afvaardiging van de diaconie. Samen denken zij na over de vraag hoe jongeren inzetbaar zijn in en buiten de gemeente.
Dit vraagt ook om bewustwording binnen gezinnen. Ouders zijn vaak een sprekend voorbeeld op het gebied van (het ontbreken van) aandacht voor de medemens. Een gemeenteavond rondom een diaconaal thema kan ondersteunend werken.
Kortdurende inzet
In de praktijk blijkt dat jongeren zich makkelijker verbinden aan kortdurende projecten, dan aan langdurige trajecten. Zij vinden het vaak leuk om bijvoorbeeld een dag te helpen met een bepaalde activiteit, terwijl ze niet snel hun hulp toezeggen als het gaat over een jarenlang durende inzet.
Hulp dichtbij
Diakenen kennen de gemeente. Zij weten als het goed is waar praktische hulp handig lijkt. Door enkele jongeren in de gemeente te vragen om op een bepaald moment een praktische klus te klaren bij een gemeentelid, leren zij dienen. De diaken helpt uiteraard zelf ook mee. Zo vindt op drie lagen vorming plaats: 1) Een jongeren leert belangeloos zijn tijd geven aan een ander. 2) De diaconie is op een praktische manier ondersteunend nabij voor gemeenteleden. 3) Jongeren en diakenen leren elkaar beter kennen doordat ze samenwerken. Dat biedt kansen voor latere contacten.
Hulp ver weg
Diverse gemeenten organiseren hulpprojecten in het buitenland, zoals bijvoorbeeld het bouwen van een ziekenhuis of school in Oost Europa. De ervaring leert dat dergelijke reizen bij jongeren indrukken voor het leven achterlaten.
Voor een verre naaste zorgen, betekent niet dat je direct in het vliegtuig stapt. Stichting ‘Kom over en Help’ organiseert bijvoorbeeld elk jaar een wintercampagne die wat planning betreft synchroon loopt met het winterwerk. Dit maakt het mogelijk om een specifiek doel te kiezen en dat te steunen. De stichting steunt onder andere kinderopvangcentra, waarbij kinderen voeding en vorming krijgen: ‘Het dagopvangcentrum is voor kinderen uit arme gezinnen een uiterst belangrijke plek. Het is een plaats waar het letterlijk warm is en waar ze een voedzame en warme maaltijd krijgen. Kinderen krijgen aandacht, leren hoe ze voor zichzelf moeten zorgen en hoe belangrijk hygiëne is. Ook horen ze, vaak voor het eerst, over de Heere Jezus.’ Jongeren die dat willen kunnen vervolgens mee met een Xperience-reis van deze organisatie, zodat ze met eigen ogen de kinderen zien en het werk meebeleven. Voor meer informatie zie de website van ‘Kom over en Help’.
Diverse organisaties bieden dergelijke programma’s aan; laat je informeren via de websites van stichtingen die zich op diaconaal vlak wereldwijd inzetten voor kwetsbare medemensen.
Tips voor het jeugdwerk
Algemeen
Het is een goede gewoonte om jaarlijks een diaken op een avond uit te nodigen bij de club of vereniging. Zij investeren daarmee in de toekomst van de gemeente. Als de verschillende verenigingen dit doen, ontstaat er een doorgaand contact tussen jongeren en diakenen. Elk jaar kan dan een bepaald diaconaal thema verder uitgediept worden.
- Wat is de Bijbelse taak van een diaken?
- Wat gebeurt er met mijn collectegeld?
- Hoe kan ik als jongere diaconaal actief worden?
- Wie is verantwoordelijk voor het oplossen van armoede: de overheid of de diaconie?
- St. Ontmoeting: Dakloos, wat nu?
- St. De Vluchtheuvel: Hoe doorbreek je een (seks)verslaving?
- St. Tot Heil des Volks: Zorg voor prostituees in Amsterdam.
- St. De Ondergrondse Kerk: Praktische hulp voor christenen in nood.
Doelgroep 12-
Voor kinderen is het woord ‘diaconaat’ een moeilijk begrip. Wel weten ze dat er wekelijks een rij zwart geklede mannen voorin de kerk zitten. Door een diaken uit te nodigen om te vertellen wat hij doet, krijgen ze een beeld bij het ambt. Dit kan in aansluiting op een Bijbelverhaal over praktische hulp en zorg. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de gelijkenis over de ‘barmhartige Samaritaan’.
Vervolgens gaan de handen uit de mouwen. Diaconie is immers niet alleen iets dat het hoofd en het hart raakt, maar ook de handen. Kinderen kleuren bijvoorbeeld een kleurplaat voor een oudere uit de gemeente. Samen met een leidinggevende kan daar een groet of boodschap op geschreven worden. Vervolgens gaan deze kleurplaten op de post, of worden ze (door oudere kinderen) via de brievenbus bezorgd. Zijn alle bejaarden in de gemeente bereikt dit jaar? Dan is wellicht een kleurplaat voor een gevangene (st. Gevangenenzorg) of voor christenen in Rusland (st. Friedensstimme) een mooi gebaar.
Doelgroep 12+
In veel dorpen en steden staan bejaardentehuizen. Oudere mensen hebben naar verhouding veel tijd en weinig doorlopende activiteiten. Een bezoek van een groep tieners aan het bejaardentehuis kan daarom de rust op een aangename manier verstoren. Bedenk samen met de tieners vooraf een presentje, of bijdrage, dat de aanleiding kan zijn voor een bejaardentehuisbezoek. Bijvoorbeeld het overhandigen van een bloem met een korte boodschap, of het zingen van een lied of Psalm in de gemeenschappelijke ruimte. Zo ontmoeten de verschillende generaties elkaar.
Uiteraard drinken de tieners dan een glas cola en de ouderen een bak koffie, waarbij ze samen een gesprekje voeren. Tieners moeten vaak even over een drempel heen, maar ze blijken dan ook over ongedachte talenten te beschikken.
Doelgroep 16+
Door samen met enkele jongeren een jaarlijkse ‘zorg voor elkaar week’ te organiseren, kan een diaken verbinding leggen tussen jongeren en ouderen in de gemeente. Tijdens een verenigingsavond worden door middel van een verdeelsleutel, waar jongeren geen invloed op hebben, koppels gevormd. Deze twee jongeren krijgen een dubbele opdracht mee. Allereerst moeten ze in de ‘zorg voor elkaar week’ iets leuks bedenken voor de ander, in de vorm van aandacht of een vriendelijk gebaar. Bijvoorbeeld samen wat drinken in de stad of een klein cadeautje van maximaal vijf euro te kopen voor de ander. Daarnaast krijgen ze samen een bejaarde uit de gemeente toegewezen, die ze in de ‘zorg voor elkaar week’ bezoeken.
Tijdens het gesprek met dit oudere gemeentelid spreken ze onder andere over de vraag: ‘Hoe stond u vroeger klaar voor anderen om u heen?’ De kans is groot dat ouderen dan vertellen in welke omstandigheden zij opgroeiden, of wat zij op dit punt zoal meemaakten in het leven. Hierdoor vindt er op een ongedwongen manier toerusting en vorming plaats tussen de oudere en jongere generatie. Tijdens de eerstvolgende verenigingsavond vertelt het koppel aan de andere leden van de jeugdvereniging over hun ontmoeting met dit oudere gemeentelid. Dit kan aan de hand van twee vragen: 1) Wat raakte je bij deze ontmoeting? 2) Wat leerde je bij deze ontmoeting?
Dit artikel is geschreven voor de brochure: Diaconaat voor en door jongeren. De brochure is op te vragen via de Generale Diaconale Commissie.