Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest
Daar ligt hij. In het donker, bij een grot. Het is avond, maar de heldere sterren omringen hem met licht. Het is de koning van Juda, opgejaagd en op de vlucht voor vijanden die hem willen doden. David vlucht, maar hij weet het: zijn leven is veilig in Gods hand. Vol vertrouwen bidt hij: ‘U bent mijn Rots en mijn Burcht. U zult mij leiden omdat U bent Wie U bent. Red mij uit de val die de mensen voor mij hebben opgezet. U bent mijn Kracht. In Uw hand beveel ik mijn geest’ (zie Psalm 31:4-6). Dat betekent: ‘Aan U vertrouw ik mijn ziel, mijn leven toe. U zorgt voor mij.’ En dan wordt het stil. David is in slaap gevallen.